Otto van Nieuwenhuijze

 

"Fasica", is  de term die ik gebruik, in plaats van het vroegere "meta-fysica" of the nu incomplete "faseleer"; in feite gaat het om de beter onderbouwde Alchemie van vroeger.
De alchimisten besteften al dat de toestands-veranderingen ("kwintessens") belangrijker waren dan de toestanden zelf (vast, vloeibaar, gas, plasma; … we noemen dat nu Materie, Moleculen, Atomen, Fase.)
Exact zoals de alchimisten beschreven, is het in het begrijpen van de fase-veranderingen van de vaste stof dat je verder kan kijken dan DE vormen van materie, naar HET vormen van materie.
Vroeger heette dat het "Occultisme": verder kijken dan wat je ziet (De vormen) om dat wat je niet ziet (het vormen) te kunnen begrijpen.

We zien datzelfde in de verandering van inzicht van de Natuurkunde (Materie) naar de Scheikunde( moleculen) naar Elektromagnetisme (atomen) naar de Informatica (sub-atomair).
Dat is dezelfde verandering van Klassieke- (Materie), Relativistische- (Moleculen), Probabilistische- (Atomen) en Veld- (In(-)formatie) Theorie.
Het verschil is zo enorm belangrijk omdat onze cellen leven: ze werken niet Door energie maar Met in(-)formatie (van atomaire krachten).
In principe is dat het tegengestelde van de wetenschap van de materie; zoals ik beschrijf in de wetenschap van leven (www.scienceoflife.nl).

In de Natuurkunde is de fase-leer het beste te zien in de Plasmafysica van Hannes Alfven.
Het is nodig te beseffen dat het Hele universum vormde op basis van verandering van samenhang van plasma/fase.
Die veranderingen spelen zich niet af op basis van veranderingen van DE vormen van de materie.
Het gebeurt op bases van fasevereandering in HET (ver)vormen van de materie; waar onze cellen mee werken.

Cellen werken met atoomkrachten, maar niet met de ‘domme’ visie die in atoomcentrales wordt gebruikt.
Cellen vormen en vervormen moleculen, door in te spelen op de faserelatie in atomen.
Dat gebeurt door het veranderen van Vrije Keuze; de zogenaamde "Elixir van leven" van de Alchimisten.
Vandaar de zogenaamde "Steen der WIjzen": de wijzen weten dat je van een steen leert over dode materie, niet over leven.

Schepping gaat over het leren omgaan met Vrije Keuze; dat kunnen we alleen in ons lichaam.
Alleen in samenspel met onze cellen kunnen we gebruikmaken van die intelligente ‘atoomfysica’.
Onze cellen werken daar aldoor mee; wij kunnen daar (IN ons lichaam) mee leren werken.
Zoals de oude culturen zeiden: via het kennen van je lichaam (‘de zoon’) kan je het universum leren kennen.