Vandaag de dag is Nulpuntenergie een hot item. Met de al maar hoger wordende brandstof, lees olie en gas prijzen, is de roep naar andere energiebronnen luider dan ooit.p>

Vele alternatieven zijn al bedacht, bio-energie, zonnecellen  en ga maar door.

Een andere groep onderzoekers houdt zich bezig met een fenomeen dat zou toebehoren aan een veld dat alles doordringt en waarvan de energie in onbeperkte mate aanwezig zou zijn. Zij refereren vaak aan Nicola Tesla, de grootste geleerde die de mensheid volgens velen ooit gehad heeft. Er is 1 ding zeker, en dat is dat veel hedendaagse elektrische en elektronische apparatuur zijn oorsprong vindt in uitvindingen van Tesla.

Een onderzoek dat door de huidige reguliere “wetenschap” honend van de tafel geveegd wordt, met als argument dat het de Wet op Behoud van Energie aan zou tasten. 

Gelukkig voor velen, maar helaas voor de gevestigde “wetenschap”, met de daaraan gelieerde oliebusiness, het einde van die overheersing is nabij.

Nulpuntenergie is een feit. En zogenaamde “overunity” generatoren komen eraan. En dat zonder de Wet van Behoud van Energie aan te tasten. Die wet kan immers niet aangetast worden als die Nulpuntergie een alles doordringende toestand/substantie/energie is, die in onbeperkte mate aanwezig is?

En dat die Nulpuntenergie in onbeperkte mate aanwezig moet zijn, moge uit het volgende blijken. 

Het aantonen van dit fenomeen gebeurt zuiver abstract, dus niet op proefondervindelijke basis.

Wiskundig gezien heeft het Nulpunt, ook wel de Oorsprong genoemd, de dimensie 0. Vanuit deze dimensie zijn alle andere op te bouwen.

Maar zodra we de eerste dimensie creeren vanuit het Nulpunt, moeten we ergens een punt definieren welke gerelateerd is aan dat Nulpunt. Zonder dit heeft geen enkel punt betekenis. Het “gevolg” is, dat deze 2 punten een relatie hebben tot elkaar en elkaar in die relatie verwekken. Of zoals de vader pas geboren wordt als de zoon geboren wordt. Zonder zoon is er geen vader.

Ze hebben dus dezelfde eigenschappen, namelijk dat zij elkaar verwekken. In dit stadium zijn de beide punten dus geheel en al identiek en is vanuit elk punt weer hetzelfde mogelijk.

Dit betekent dus dat alle punten, in welke dimensie ook, allemaal identiek moeten zijn.

Dit is het eerste deel van het betoog. 

Alle punten in elke dimensie zijn identiek. 

Nu ga ik aantonen dat er in tenminste 1 punt een onbeperkte hoeveelheid energie aanwezig moet zijn. 

Besef in dit betoog terdege dat de dimensie Nul geen enkele afmeting heeft. Dus niet oneindig klein en ook niet oneindig groot, niet eindig klein en ook niet eindig groot. Afmetingen, van welke orde ook, zijn niet van toepassing in het Nulpunt.

Maar wanneer er vanuit het Nulpunt, dat alles in zich heeft, iets opgebouwd gaat worden dat in de ons zichtbare wereld tot aanschijn komt, kan dat alleen maar bij de gratie van tegengestelden. Want zonder onderscheid is er geen waarneming mogelijk en zonder waarneming kan er geen sprake zijn van enig bestaan.

Het Nulpunt moet zich daarvoor opsplitsen in twee elkaars volmaakte tegenstellingen. Anders blijft het Nulpunt het Nulpunt niet en we hebben gezien dat dit Nulpunt alle dimensies in zich heeft. Dit is het tweede deel van het betoog. 

Voor waarneming en dus bestaan moet het Nulpunt zich opsplitsen in twee volmaakte tegenstellingen. 

De meest basale tegenstelling bestaat uit: uitzetten en samentrekken. 

Alles wat waarneembaar is heeft als achtergrond een patroon, een gedachte.

Gedachten, patronen worden uitgezet. Maar iets dat uitgezet is heeft de neiging om weer samen te trekken. Alles wil terug naar zijn Oorspronkelijke Toestand.

Dus wat “uitgezet” is heeft als neiging ”samentrekken”.

Maar omdat er een patroon is uitgezet, moet daar een reactie tegenoverstaan van samentrekken. Zowel het uitzetten als het samentrekken gebeuren in het Nulpunt. Dit kan immers, daar het Nulpunt elke dimensie in zich heeft en het begrip “afmeting” niet van toepassing is.

Nu heeft dat wat samengetrokken is, de neiging dat het uitzet.

Dus dat wat “samengetrokken” is heeft als neiging “uitzetten”

Vergelijk een en ander met een opblaas boot. Als de boot nog in de verpakking zit is het niet mogelijk om te weten dat er een boot in de verpakking zit. Je kunt het hoogstens zien aan het plaatje op de verpakking. Het is het patroon dat reeds aanwezig is, een tot uitvoering gebrachte gedachte. Maar zonder dat ding op te pompen is het niets. De vorm en de functie krijgen pas zin als de uitzettende energie van de overmaat lucht, de boot tot aanschijn doet komen.

Zo ook met alle gedachten. Dus bij elke gedachte hoort noodzakelijkerwijs een tegenpool van uitzettende energie, die de gedachte ondersteunt.

Dit is het derde deel van het betoog. 

Bij elke gedachte hoort noodzakelijkerwijs een tegenpool van uitzettende energie, die de gedachte ondersteunt. 

Nu zijn er twee richtingen die we op kunnen. 

  1. er waren geen gedachten maar die worden geschapen en

  2. gedachten worden niet geschapen maar zijn er al, alleen misschien nog niet binnen ons waarnemingsvermogen.

Voorstel 2 is het meest waarschijnlijke, daar in het Nulpunt alles reeds aanwezig is, dus ook alle gedachten. Hoe het komt dat gedachten tot bewustzijn doordringen is een kwestie van concentratie. Concentratie is immers hetzelfde als Eenpuntig gericht zijn. En dit Eenpuntig gericht zijn moet dan noodzakelijkerwijs een reactie vanuit dat Punt tot gevolg hebben.

Concentratie is een samentrekkende handeling en moet dus een uitzettend iets tot gevolg hebben. En zoals we gezien hebben, worden patronen en gedachten uitgezet.

Dit is het vierde deel van het betoog. 

In het Nulpunt zijn alle gedachten in onbeperkte mate reeds aanwezig en moeten derhalve ondersteund worden door de daar bijbehorende uitzettende energie. En die moet dan dus ook in onbeperkte mate aanwezig zijn. 

Uit deze vier delen van het betoog volgt dan de eindconclusie: 

 In elk Punt, van welke dimensie en ruimte dan ook, moet een oneindige hoeveelheid energie zitten met de neiging tot uitzetten. Die energie is nooit zichtbaar, maar ondersteunt elke ged
achte zodat de gedachte zichtbaar wordt.

Het gevolg is, dat Nulpuntenergie bruikbaar wordt als het juiste patroon gevonden wordt.

 

De wijze om dit te bereiken is Concentratie van het Verlangen. Dit heeft tot gevolg dat een stroom van gedachten, die overeenkomen met het Verlangen, vanuit het Nulpunt zichtbaar worden. En dan is het zaak om daar de juiste uit te halen.

 

Hoe sterker de concentratie, hoe minder de ruis en hoe beter het resultaat. 
 

Veel succes. 

Dik Stukkien